Genezing verhindert

Misschien zal het je verbazen. Maar er waren veel religieuze leiders in de tijd van Jezus, die helemaal niet blij met Hem waren. Ze vonden het verschrikkelijk dat Jezus mensen genas op de sabbat, de Joodse rustdag. Ze gingen vaak met Jezus in discussie over de sabbat en uiteindelijk wilden ze Hem ook vermoorden. Het is bijzonder om te lezen dat sommige leiders in de tijd van Jezus helemaal niet blij waren als één van de bezoekers van hun synagoge werd genezen. Ze vonden het verschrikkelijk en waren jaloers op Jezus. Kun jij je het voorstellen?

Helaas zien wij dit ook nog vandaag plaatsvinden. We hebben al gezien dat genezing de wil van God is. Hij wil dat iedereen gezond wordt. Maar mensen die werken in de genezingsbediening ontvangen vaak kritiek van religieuze mensen. Zij denken dat de genezingen van de duivel komen en ziekte van God. Dit is een rare gedachtegang. Waarom zou de duivel mensen willen zegenen en hun willen herstellen? En waarom zou God mensen lichamelijk willen pijnigen?

De dief komt alleen maar om te stelen, te slachten en verloren te laten gaan; Ik ben gekomen, opdat zij leven hebben en overvloed hebben. (Johannes 10:10)

God is de God van herstel, en de duivel is de wezen van vernietiging en ellende. We horen niet de rollen tussen God en de duivel om te wisselen, net zoals de farizeeën deden.

Maar de Farizeeën hoorden dit en zeiden: Deze drijft de demonen alleen maar uit door Beëlzebul, de aanvoerder van de demonen. (Mattheüs 12:24)

Maar laten wij in dit hoofdstuk een aantal genezingsverhalen lezen waarin er kritiek kwam van de religieuze leiders, en hoe Jezus omging met deze kritiek.

Reden 49: Jezus genas op de sabbat

Zoals wij al lazen, mocht Jezus van de farizeeën en religieuze leiders niet genezen op de sabbat. Ze vonden het verschrikkelijk. Het is belangrijk om te weten dat Jezus van God en van de wet van Mozes wel mocht genezen op de sabbat. De farizeeën hadden namelijk nieuwe regels gemaakt, en zij verplichtten de mensen om deze regels te onderhouden. Dit waren de overleveringen van de ouden.

Toen kwamen enige schriftgeleerden en Farizeeën uit Jeruzalem bij Jezus en zeiden: Waarom overtreden Uw discipelen de overlevering van de ouden? Want zij wassen hun handen niet als zij brood gaan eten. Maar Hij antwoordde en zei tegen hen: Waarom overtreedt ook u het gebod van God door uw overlevering? (Mattheüs 15:1-3)

In Mattheüs lazen wij een voorbeeld van een confrontatie tussen Jezus en de farizeeën. In de overlevering van de ouden stond dat iemand zijn handen moest wassen voordat diegene ging eten. En de farizeeën zagen het als een overtreding wanneer iemand dit niet deed. Maar dit was niet een gebod van God, het was een gebod van mensen. God zal niemand verantwoordelijk houden als hij een overleving van de ouden verbreekt. God zal mensen alleen verantwoordelijk houden wanneer zij de geboden van God overtreden, en niet in Jezus Christus geloven.

De farizeeën hechtten echter te veel waarde aan de overlevering van de ouden, zodat ze zelfs bepaalde overleveringen boven het Woord van God plaatsten. En daar ging het mis. Ook in het geval van de discussies over de sabbat ging het mis. In hun overleveringen, en wat de farizeeën zelf hadden verzonnen, staat dat je niet mag genezen op de sabbat, tenzij het een levensbedreigende situatie was. Jezus hield zich hier niet aan, omdat dit geboden van mensen waren.

Dit is belangrijk om te beseffen. Jezus overtrad niet de sabbat in Zijn tijd. Hij hield zich aan elk gebod van de wet van Mozes. Maar Hij hield zich, terecht, niet aan alle religieuze wetten die de farizeeën en religieuze leiders hadden gemaakt.

Voor genezing is dit ook belangrijk. Waar houd jij je aan? Wat heeft meer waarde? De traditie en het denken van een kerkstroming, of het Woord van God? Het is belangrijk om altijd het Woord van God te geloven en dit boven elke traditie van mensen te plaatsen.

Laten wij lezen dat Jezus en de farizeeërs in discussie kwamen, doordat Jezus op de sabbat genas.

En zie, er was iemand die een verschrompelde hand had. En ze vroegen Hem: Is het ook geoorloofd op de sabbatdagen te genezen? Dit om Hem te kunnen beschuldigen. (…) Toen zei Hij tegen die man: Steek uw hand uit. En hij stak hem uit, en hij werd hersteld, gezond als de andere. De Farizeeën gingen weg en beraadslaagden tegen Hem, hoe zij Hem om zouden kunnen brengen. (Mattheüs 12:10-14)

En het hoofd van de synagoge, die verontwaardigd was dat Jezus op de sabbat genas, antwoordde en zei tegen de menigte: Er zijn zes dagen waarop men moet werken. Kom dan daarop en laat u genezen, maar niet op de dag van de sabbat. (Lukas 13:14)

En zie, voor Hem stond iemand die leed aan waterzucht. En Jezus antwoordde en zei tegen de wetgeleerden en Farizeeën: Is het geoorloofd op de sabbat gezond te maken? Maar zij zwegen. En Hij greep hem vast, genas hem en liet hem gaan. (Lukas 14:2-4)

Jezus zei tegen hem: Sta op, neem uw ligmat op en ga lopen. En meteen werd de man gezond, nam zijn ligmat op en ging lopen. En het was sabbat op die dag. De Joden dan zeiden tegen hem die genezen was: Het is sabbat, het is u niet geoorloofd de ligmat te dragen. (…) De man ging weg en berichtte de Joden dat het Jezus was Die hem gezond gemaakt had. En daarom vervolgden de Joden Jezus en probeerden zij Hem te doden, omdat Hij deze dingen op de sabbat deed. (Johannes 5:8-16)

En sommigen van de Farizeeën die bij Hem waren, hoorden dit en zeiden tegen Hem: Zijn wij dan soms ook blind? Jezus zei tegen hen: Als u blind was, zou u geen zonde hebben, maar nu u zegt: Wij zien, zo blijft dan uw zonde. (Johannes 9:40-41)

Jezus wist alles. Jezus wist dat wanneer Hij mensen zou genezen op de sabbat, de religieuze leiders boos werden en Hem wilden vermoorden. Maar Jezus vond genezing zo belangrijk, dat Hij niet luisterde naar de religieuze leiders. Hij genas de mensen, ook al zou dit veel problemen en discussies uitlokken. Dit liet zien dat genezing niet een bijzaak was voor Jezus, maar erg belangrijk was. Wanneer Jezus een zieke zag, was Hij met innerlijke ontferming over hem bewogen en wilde Hij diegene genezen. Of het nu sabbat of een andere dag was. Genezing was belangrijk.

Dat Jezus op de sabbat genas, is ook logisch. Tijdens de sabbat moesten de Israëlieten vieren en in gedachten houden dat God hun heeft verlost uit Egypte.

Maar de zevende dag is de sabbat van de HEERE, uw God. Dan zult u geen enkel werk doen, u, noch uw zoon, noch uw dochter, noch uw dienaar, noch uw dienares, noch uw rund, noch uw ezel, noch enig vee van u, noch uw vreemdeling, die binnen uw poorten is, opdat uw dienaar en uw dienares rusten zoals u. Want u zult in gedachten houden dat u slaaf geweest bent in het land Egypte en dat de HEERE, uw God, u vandaar uitgeleid heeft met sterke hand en uitgestrekte arm. Daarom heeft de HEERE, uw God, u geboden de dag van de sabbat te houden. (Deuteronomium 5:14-15)

De sabbat stond in het teken van verlossing en rust. Jezus liet zien dat God niet alleen geïnteresseerd is in ons geestelijke verlossing en rust, maar ook in onze lichamelijke verlossing en rust. Oftewel, God wil dat wij gezond zijn en geen lichamelijke ongemakken ervaren. God wil dat ons lichaam rust heeft en niet gespannen is. En dat is juist een prachtig teken van de sabbat.

Mocht deze vrouw, die een dochter is van Abraham en al achttien jaar door Satan geboeid werd gehouden, dan niet op sabbat uit deze boeien worden losgemaakt?’ (Lukas 13:16, NBV21)

Reden 50: De mens is belangrijk

Laten wij nu ingaan op de discussies die Jezus voerde met de farizeeën met betrekking tot het genezen van mensen op de sabbat. De farizeeërs verweten Jezus dat Hij niet mocht genezen op de sabbat, en Jezus gaf redenen waarom het goed was om te genezen op de sabbat. Deze redenen van Jezus kunnen wij goed gebruiken om te kijken waarom genezingen van God zijn, en waarom het goed is om te genezen. Dit zal ons geloof in genezing versterken, omdat wij zullen zien dat Jezus het erg belangrijkheid vond om te genezen.

In de eerste plaats vond Jezus de mens belangrijk. De mens was belangrijker dan al het andere. In de discussies van Jezus met de farizeeën ging het vaak over wat er gedaan mocht worden op de sabbat. Jezus genas, en de farizeeën vonden dus dat dit niet mocht. Laten wij een genezingsverhaal bestuderen.

En Hij vertrok vandaar en kwam in hun synagoge. En zie, er was iemand die een verschrompelde hand had. En ze vroegen Hem: Is het ook geoorloofd op de sabbatdagen te genezen? Dit om Hem te kunnen beschuldigen. Hij zei tegen hen: Welk mens onder u die één schaap heeft, zal het niet, als het op een sabbat in een kuil valt, grijpen en eruit tillen? Hoeveel gaat niet een mens een schaap te boven! Daarom is het geoorloofd op de sabbatdagen goed te doen. Toen zei Hij tegen die man: Steek uw hand uit. En hij stak hem uit, en hij werd hersteld, gezond als de andere. De Farizeeën gingen weg en beraadslaagden tegen Hem, hoe zij Hem om zouden kunnen brengen. (Mattheüs 12:9-14)

Stel, je hebt een hond als huisdier. En je hond valt in een put, en kan er niet uit eigen kracht uitkomen. Wat zal je doen? Je zal stoppen met waar je mee bezig bent, naar de put toe rennen, en je hond bevrijden. Je hebt je hond namelijk lief, en je wilt niet dat hij met pijn in een put ligt. Als wij al omzien naar een dier, waarom zou God dan niet omzien naar een zoon of dochter van Hem? Een mens is namelijk vele malen belangrijker dan een dier.

Soms hoor ik wel eens: ‘het gaat niet om genezingen en wonderen.’ Wel, als ik eerlijk mag zijn, het gaat wel om genezingen en wonderen. Iedereen die ziek is, wil niets liever dan gezond zijn. Hij heeft er alles voor over, zelfs wanneer er grote operaties voor nodig zijn of wanneer diegene een nieuwe hypotheek moet afsluiten op zijn huis om een operatie te kunnen financieren. Iedereen wil gezond zijn, en iedereen heeft er alles voor over om gezond te zijn. En als we eerlijk zijn: wat zou God voor Vader zijn, als Hij niet omziet naar de pijn en ellende van Zijn kinderen? Hoe zou jij het vinden wanneer je ernstig ziek was in jouw tienerjaren, en je vader had de juiste medicijnen waardoor je binnen één week gezond kon zijn. Je vader zei tegen jou: ‘ik heb de juiste medicijnen voor jou, maar ik geef ze niet. Dit leven gaat namelijk niet om gezondheid en genezing. Ik wil dat je ziek blijft, en leert om met de ziekte om te gaan. Ik zal je kracht geven om dit leed te dragen.’ Dat zou verschrikkelijk zijn. Wanneer de politie dit zou horen, zou die vader binnen de kortste keren opgesloten worden.

Maar ik heb goed nieuws. God wil dat jij gezond bent, want jij bent belangrijk voor Hem. Jij bent veel belangrijker dan alle rijkdommen van de wereld bij elkaar. God houdt van jou, en vanuit Zijn liefde wil Hij jou genezen.

Wanneer mensen al een dier zouden helpen als het dier in nood is, hoeveel te meer zal God jou willen genezen wanneer je ziek bent? Jij bent niet onbelangrijk voor God, jij bent het waard om genezen te worden. Waarom? Omdat je Zijn kind bent en je God lief hebt.

Ik zal bevrijden wie Mij liefheeft en beschermen wie met mijn naam vertrouwd is. (Psalm 91:14, NBV21)

Jezus gebruikte deze reden ook bij andere genezingen die Hij verrichte op de sabbat.

De Heere dan antwoordde hem en zei: Huichelaar, maakt niet ieder van u op de sabbat zijn os of ezel van de voederbak los en leidt hem weg om hem te laten drinken? En moest dan deze vrouw, die een dochter van Abraham is en die de satan, zie, nu achttien jaar gebonden had, niet losgemaakt worden van deze band op de dag van de sabbat? (Lukas 13:15-16)

En Jezus antwoordde en zei tegen de wetgeleerden en Farizeeën: Is het geoorloofd op de sabbat gezond te maken? Maar zij zwegen. En Hij greep hem vast, genas hem en liet hem gaan. En Hij zei, terwijl Hij Zich tot hen richtte: Wie van u zal, wanneer zijn ezel of os in een put valt, deze er niet meteen uittrekken op de dag van de sabbat? (Lukas 14:3-5)

Jezus liet zien dat de mens belangrijker is dan de religieuze geboden van de farizeeën. De farizeeën vonden het niet erg dat iemand niet genas, ze dachten alleen maar aan hun eigen religie. Ze misten hierdoor de barmhartigheid en de liefde voor de medemens.

Laat dit ook voor ons een mooie en belangrijke les zijn. Zien wij echt om naar de mensen om ons heen, of zijn wij alleen bezig met religie en onze eigen eer? Helpen wij mensen met noden of laten wij ze alleen? Toen Jezus op aarde was, liep Hij altijd rond met barmhartigheid. Jezus wilde mensen helpen, en verlossen van de banden die de duivel op hen had gelegd. Jezus wilde de banden verbreken, en hun naar ware vrijheid leiden. Zo wil Jezus ook vandaag jouw (ziekte)banden verbreken, en jou naar ware vrijheid brengen.

Reden 51: Genezing is goed

Daarnaast is genezing goed en niet verkeerd. Laten wij het eerste genezingsverhaal van de vorige reden bekijken in de twee andere evangeliën.

En Hij zei tegen de man die de verschrompelde hand had: Sta op en ga in het midden staan. En Hij zei tegen hen: Is het geoorloofd op sabbatdagen goed te doen of kwaad te doen, een mens te behouden of te doden? En zij zwegen. En nadat Hij hen rondom toornig aangekeken had, tegelijk bedroefd over de verharding van hun hart, zei Hij tegen de man: Steek uw hand uit. En hij stak hem uit, en zijn hand werd hersteld, gezond als de andere. (Markus 3:3-5)

Jezus nu zei tegen hen: Ik vraag u: wat is geoorloofd op de sabbat: goed te doen of kwaad te doen, een mens te behouden of om te laten komen? En nadat Hij hen allen rondom aangekeken had, zei Hij tegen de man: Steek uw hand uit. Hij deed dat en zijn hand werd hersteld, gezond als de andere. (Lukas 6:9-10)

Jezus stelde een belangrijke vraag aan de farizeeën. Is het geoorloofd om goed te doen of kwaad te doen? Iedereen zal zeggen: ‘Het is belangrijk om goed te doen, en om het kwade na te laten.’ Maar wat is het goede doen? Het goede doen is om een mens te genezen. Het kwade doen is om de mens ziek te houden en hem ‘om te laten komen’. Oftewel, Jezus noemt genezing ‘goed’.

Helaas wordt dit vaak ook omgedraaid. Wanneer er een genezingsdienst wordt gehouden, wordt er door sommigen gezegd: ‘dit komt van de duivel.’ En wanneer iemand ziek is, wordt er gezegd: ‘Deze ziekte komt van God en verheerlijkt God.’ Dit is niet waar. Genezingen en genezingsdiensten zijn goed. Deze zijn de wil van God. Maar ziekte komt niet van God, dit is niet de wil van God.

Maar kan het misschien zo zijn dat genezing goed is en ziekte kwaad, en dat God soms besluit om ons het kwade te geven? Laten wij naar de woorden van Johannes kijken. Johannes had meer dan drie jaar met Jezus meegetrokken, en had Hem vaak gesproken en naar Zijn daden gekeken. Wat was zijn conclusie over Jezus en God hun karakter?

En dit is de boodschap die wij van Hem gehoord hebben en aan u verkondigen, dat God licht is en dat in Hem in het geheel geen duisternis is. (1 Johannes 1:5)

En wat zei Jakobus over Jezus?

Elke goede gave en elk volmaakt geschenk is van boven en daalt neer van de Vader der lichten, bij Wie er geen verandering is, of schaduw van omkeer. (Jakobus 1:17)

Ziekte is in Gods ogen het kwade. En ziekte is niet Gods wil, aangezien God ons alleen goede gaven wil geven. Genezing en gezondheid zijn goede gaven. God kent geen schaduwkant, en God verandert niet. Het is nooit Gods wil om iemand ziek te maken, en God schept daar geen behagen in. God wil dat al Zijn kinderen gezond zijn en genieten van het goede. Dit gold niet voor de enkeling, maar voor iedereen die Jezus genas.

Hoe God Jezus van Nazareth gezalfd heeft met de Heilige Geest en met kracht en hoe Hij het land doorgegaan is, terwijl Hij goeddeed en allen die door de duivel overweldigd waren, genas, want God was met Hem. (Handelingen 10:38)

Jezus deed het goede door mensen te genezen. Genezing is dus goed en is erg belangrijk. Het laat Gods goedheid zien.

Reden 52: genezing is een mens behouden

Daarnaast sprak Jezus met betrekking tot genezing over ‘een mens te behouden of om te laten komen.’. Ik vind dit erg krachtig geschreven. Laten wij het verhaal bestuderen:

Het gebeurde ook op een andere sabbat dat Hij in de synagoge kwam en onderwijs gaf. En er was daar iemand van wie de rechterhand verschrompeld was. De schriftgeleerden en de Farizeeën letten scherp op Hem of Hij op de sabbat genezen zou, om iets te kunnen vinden om Hem te beschuldigen. Maar Hij kende hun overwegingen en zei tegen de man met de verschrompelde hand: Sta op en ga in het midden staan; en hij stond op en ging daar staan. Jezus nu zei tegen hen: Ik vraag u: wat is geoorloofd op de sabbat: goed te doen of kwaad te doen, een mens te behouden of om te laten komen? En nadat Hij hen allen rondom aangekeken had, zei Hij tegen de man: Steek uw hand uit. Hij deed dat en zijn hand werd hersteld, gezond als de andere. (Lukas 6:6-10)

Het lijkt mij verschrikkelijk om een verschrompelde of misvormde hand te hebben. Maar het was waarschijnlijk niet een levensbedreigende ziekte. Deze man had de volgende dag, wanneer het niet sabbat was, ook wel geleefd. Jezus had kunnen zeggen: ‘Kom morgen naar Mij toe, en Ik zal je dan gezond maken.’ Toch deed Jezus dit niet. Genezing was erg belangrijk voor Jezus, en het moest nu gebeuren. Jezus sprak over behouden of om laten komen. Of, zoals de NBV21 zegt:

‘Ik vraag u of men op sabbat goed mag doen of kwaad, of men een leven mag redden of verloren laten gaan.’ (Lukas 6:9, NBV21)

Wanneer Jezus naar een zieke kijkt, dan beschouwt Hij ziekte niet als een klein onderdeel van iemands leven, waar diegene mee moet leren leven. Jezus zei niet: ‘Ik geef jou eeuwig leven, maar je lichaam doet er niet toe.’ Nee, het lichaam was voor Jezus ook belangrijk, en Jezus wilde dat ook het lichaam ‘gered’ of ‘behouden’ was.

En moge de God van de vrede Zelf u geheel en al heiligen, en mogen uw geheel oprechte geest, de ziel en het lichaam onberispelijk bewaard worden bij de komst van onze Heere Jezus Christus. (1 Thessalonicenzen 5:23)

Natuurlijk, het is het allerbelangrijkst dat onze geest gered is, en we de eeuwigheid bij God in de hemel doorbrengen. Maar Jezus was niet alleen naar de aarde gekomen om onze geest te redden, Jezus kwam ook om ons lichaam te redden van ziekte.

Laten wij kijken naar het woord behouden. Behouden komt van het Griekse woord: ‘sōzō’, en betekent ‘redden’, ‘behouden’, ‘verlossen’, ‘heel maken’, ‘gezond maken’ en ‘zalig maken’. Wanneer dit woord wordt gebruikt in de Bijbel, wordt er bedoeld dat iemand uit een situatie wordt gered. Denk aan de redding van de hel, de zonde, een ziekte of een erge situatie. Dit woord wordt ook gebruikt in de volgende verzen:

Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. (Johannes 3:16-17)

En zij zal een Zoon baren, en u zult Hem de naam Jezus geven, want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden. (Mattheüs 1:21)

Want ieder die de Naam van de Heere zal aanroepen, zal zalig worden. (Romeinen 10:13)

En het gelovige gebed zal de zieke behouden en de Heere zal hem weer oprichten. En als hij zonden gedaan heeft, zal hem dat vergeven worden. (Jakobus 5:15)

Zie je hoe krachtig het woord ‘sōzō’ is? Jezus gebruikte dit krachtige woord voor redding ook voor de genezing van mensen. De context van het verhaal bepaalt waar mensen van gered waren, zoals gered van zonden, ziekte, eeuwige dood, etc. Jezus was dus ook gekomen om mensen te redden van ziekte, van zowel levensbedreigende ziekte als hinderlijke symptomen.

Voor Jezus is een genezing niet een ‘bonus’ die Hij soms wil geven, Voor Jezus is het lichaam belangrijk, en Hij wil ons redden van een ziek en ‘verloren’ lichaam. Hij wil ons een gezond lichaam geven.

Reden 53: Genezing verheerlijkt God

Hoe kun je weten of iets van God is? Wanneer het God verheerlijkt en de vruchten goed zijn. Laten wij een aantal Bijbelteksten lezen die zeggen dat het een opdracht voor ons is om God te verheerlijken.

Hierin wordt Mijn Vader verheerlijkt, dat u veel vrucht draagt en Mijn discipelen bent. (Johannes 15:8)

Of u dus eet of drinkt of iets anders doet, doe alles tot eer van God. (1 Korinthe 10:31)

Laat uw licht zo schijnen voor de mensen, dat zij uw goede werken zien en uw Vader, Die in de hemelen is, verheerlijken. (Mattheüs 5:16)

We moeten dus gericht zijn om God te eren en Hem te verheerlijken. Dit doen we onder andere door onze werken die wij aan God verrichten.

Stel, je leidt een genezingsdienst en mensen die al jarenlang ziek zijn, komen naar de dienst en worden door God genezen. Wat zou hun reactie dan zijn? De meesten zullen God dankbaar zijn en hem alle eer geven. Ze zullen in vreugde uitbarsten, en God verheerlijken. De vrucht van genezing is dus een goede vrucht, want God wordt verheerlijkt wanneer iemand geneest. Dit gebeurde ook in de genezingsverhalen van de Bijbel.

En zie, er was een vrouw die achttien jaar lang een geest had die haar ziek maakte en zij was kromgebogen en kon zich in het geheel niet oprichten. En toen Jezus haar zag, riep Hij haar bij Zich en zei tegen haar: Vrouw, u bent verlost van uw ziekte. En Hij legde de handen op haar en zij werd onmiddellijk weer opgericht en verheerlijkte God. (Lukas 13:11-13)

En toen één van hen zag dat hij genezen was, keerde hij terug, terwijl hij met luide stem God verheerlijkte. (Lukas 17:15)

(Toen zei Hij tegen de verlamde): Sta op, neem uw bed op en ga naar uw huis. En hij stond op en ging naar zijn huis. Toen de menigten dit zagen, verwonderden ze zich en verheerlijkten God, Die zo'n macht aan de mensen gegeven had. (Mattheüs 9:6-8)

De vrucht van genezing is een goede vrucht. Genezingen verheerlijken God, brengen dankbaarheid tot stand en doen de mensen verwonderen. Genezingen zijn ook prachtige getuigenissen van Gods goedheid. Ik denk dat er velen tot geloof zijn gekomen, doordat God diegene heeft genezen of dat iemand ziet dat een dierbare is genezen.

Reden 54: Genezing is Gods werk

In de volgende genezingsverhaal lezen wij over iemand die blind was vanaf zijn geboorte. Ik vind dit een prachtig verhaal en in dit verhaal lezen wij belangrijke sleutels voor genezing. Zo lezen wij dat niet iedere ziekte door zonde komt, en wij lezen dat het genezen van zieken een werk van God is. Laten wij het verhaal bestuderen.

In het voorbijgaan zag Jezus iemand die al vanaf zijn geboorte blind was. Zijn leerlingen vroegen: ‘Rabbi, hoe komt het dat hij blind was toen hij geboren werd? Heeft hij zelf gezondigd of zijn ouders?’ ‘Hij niet en zijn ouders ook niet,’ was het antwoord van Jezus, ‘maar Gods werk moet door hem zichtbaar worden.’ (Johannes 9:1-3, NBV21)

Gods werk, het werk van God de Vader, moest in hem zichtbaar worden. Wat deed God? Wat was Zijn werk? Was Gods werk genezing, of was Gods werk een bemoediging of het sturen van kracht?

Na deze woorden spuwde Hij op de grond. Met het speeksel maakte Hij wat modder, Hij streek die op de ogen van de blinde en zei tegen hem: ‘Ga u wassen in het badhuis van Siloam.’ (Siloam is in onze taal ‘gezondene’.) De man ging weg, waste zich, en toen hij terugkwam kon hij zien. (Johannes 9:6-7, NBV21)

Gods werk moest zichtbaar worden, en Gods werk was genezing. Jezus liet in het midden waarom deze man blindgeboren was. Het kwam niet door de zonde, en waardoor het wel kwam, bleef onbekend. Maar Jezus focuste op de uitkomst: het werk van God zou zichtbaar worden in deze situatie. Dit geldt ook voor ons. We hoeven niet maandenlang te vasten en te bidden om achter de oorzaak van de ziekte te komen. We mogen ons richten op de verlossing en genezing die God geeft, en waar wij recht op hebben. Wanneer de Heilige Geest specifiek de oorzaak aangeeft, mogen wij bidden of ons gedrag aanpassen, maar wanneer de Heilige Geest hier niet over spreekt, hoeven wij ons ook niet druk te maken over de oorzaak. Wij mogen dan in geloof staan voor de uitkomst.

Wanneer je de HSV-vertaling leest, valt je misschien op dat er staat:

Jezus antwoordde: Hij heeft niet gezondigd en zijn ouders ook niet, maar dit is gebeurd, opdat de werken van God in hem geopenbaard zouden worden. (Johannes 9:3)

Hierdoor lijkt het alsof het Gods wil was dat deze man blindgeboren werd, zodat God zichtbaar zou zijn in zijn toekomstige genezing. Alleen, de woorden: ‘maar dit is gebeurd’, vinden wij niet terug in de Griekse tekst. De HSV heeft deze woorden schuingedrukt gemaakt, wat betekent dat de vertalers deze woorden aan de tekst hebben toegevoegd om de tekst beter leesbaar te maken. Oftewel, wanneer we de Griekse tekst lezen, staat er niet: ‘maar dit is gebeurd.’ Dit zien wij terug in de NBV21, in deze vertaling komen deze woorden niet terug.

God is in de business genezing, en niet in de business ziekte. God wil Zijn kinderen gezond maken, en dit is een werkzaamheid die Hij graag verricht. Dit laat Gods verlangen zien dat Hij ons graag wil genezen, aan wat voor ziekte we ook lijden.

Reden 55: Genezing: het brood van de kinderen

In de vorige redenen zagen wij dat Jezus niet mocht genezen van de farizeeën op de sabbat, maar dat Jezus besloot om dit wel te doen. In deze reden gaan wij een uniek verhaal lezen in de Bijbel. Er was namelijk iemand die naar Jezus kwam en door Jezus werd geweigerd. Uiteindelijk besloot Jezus toch een wonder te doen. Laten wij dit verhaal bestuderen, en zien hoe we altijd onze genezing kunnen ontvangen.

En Hij stond op en vertrok vandaar naar het gebied van Tyrus en Sidon; en toen Hij een huis binnengegaan was, wilde Hij niet dat iemand het wist. (Markus 7:24)

Jezus had een drukke bediening. Vaak was Hij tot ’s avonds laat bezig om mensen te genezen en tot de mensen te prediken. Op sommige momenten wilde Jezus tot rust komen en tijd met Zijn discipelen en hemelse Vader besteden. Waarschijnlijk was dit ook het geval in dit genezingsverhaal. Jezus vertrok uit de drukte van het land Israël, en vertrok naar de gebieden van Tyrus en Sidon. Hij wilde niet dat iemand Hem zou volgen en Hij kwam daar ook niet om te prediken, Hij wilde daar alleen zijn.

Maar Hij kon niet verborgen blijven. Want een vrouw van wie het dochtertje een onreine geest had, hoorde van Hem, kwam en viel neer aan Zijn voeten. (Markus 7:4-5)

Jezus Zijn plan om alleen te zijn was mislukt. Een vrouw kwam erachter dat Jezus in het gebied was gekomen, en zij wilde dat Jezus haar dochter zou bevrijden van een onreine geest. Het is niet duidelijk wat voor ziekte haar dochter had, maar haar dochter leed erg aan de onreine geest en aan een ziekte die de geest bracht.

Deze vrouw nu was een Griekse, afkomstig uit Syro-Fenicië; en zij vroeg Hem de demon uit haar dochter uit te drijven. (Markus 7:26)

Dit is een belangrijk vers. De vrouw was een Griekse vrouw, afkomstig uit Syro-Fenicië. Jezus was niet gezonden naar de Grieken en de niet-Joden. Toen Jezus op aarde leefde, was Hij alleen nog gezonden naar de Joden. Pas na de Pinksterdag was het evangelie beschikbaar voor alle heidenen.

Maar Hij antwoordde haar met geen woord. En Zijn discipelen kwamen naar Hem toe en vroegen Hem: Stuur haar weg, want zij roept ons na. Hij antwoordde en zei: Ik ben alleen maar gezonden naar de verloren schapen van het huis van Israël. (Mattheüs 15:23-24)

Dit was een erg moeilijke situatie. Ze had hoop dat Jezus haar dochter kon genezen, maar ze werd compleet genegeerd door Jezus. En uiteindelijk zei Jezus dat zij niet in aanmerking kwam voor een genezingswonder, omdat Hij was gezonden voor het huis van Israël. Alle hoop leek weg, maar deze vrouw bleef doorgaan. Ze liet zich niet zomaar wegsturen.

Maar zij kwam dichterbij, knielde voor Hem neer en zei: Heere, help mij! Hij antwoordde echter en zei: Het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. (Mattheüs 15:25-26)

Weer werd zij afgewezen. Hoe erg voor deze vrouw! Ze had het twee keer geprobeerd en had gesmeekt, maar Jezus deed niets. Jezus gaf weer aan dat het brood, genezing, het brood was voor de kinderen, en niet bedoeld was voor de andere volken.

Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter. (Mattheüs 15:27)

Toen Jezus dat antwoord aan de vrouw gaf, borrelde er iets op in haar. Er ontstond geloof. Eerst kwam zij met haar nood naar Jezus toe, en er gebeurde niets. Maar zij had de knop omgezet. Ze kwam niet meer met haar nood bij Jezus, ze kwam met geloof. Ze wist dat één broodkruimel genoeg was voor een genezing. Ze had maar een klein kruimeltje van Jezus nodig. De vrouw kwam met geloof, en Jezus reageert altijd op geloof.

Toen antwoordde Jezus en zei tegen haar: O vrouw, groot is uw geloof; het zal gebeuren zoals u wilt. En haar dochter was vanaf dat moment gezond.  (Mattheüs 15:28)

De vrouw gebruikte haar geloof, en Jezus kon nu in actie komen. Door haar geloof kwam Jezus in actie. Door haar geloof werd het dochtertje gezond. Zo zien wij dat iemand die geen recht had op genezing, die tot tweemaal was afgewezen door Jezus, alsnog haar wonder ontving. Hoe ontving zij haar wonder? Door haar geloof.

Laten wij nog een paar lessen bestuderen uit dit bijzondere verhaal:

1. Jezus zei dat genezing het brood van de kinderen was. Jezus sprak over de Israëlieten, aangezien zij de kinderen van het verbond waren. Doordat zij kinderen van Abraham waren, hadden zij recht op de verbondsbeloften, waaronder de belofte van genezing. Maar hoe zit dit dan met heidenen. Hebben zij dan geen recht op genezing?

Bedenk daarom dat u, die geen geboren Joden bent en onbesnedenen genoemd wordt door hen die door mensenhanden besneden zijn – bedenk dat u destijds niet verbonden was met Christus, uitgesloten was van het burgerschap van Israël en geen deel had aan de verbondssluitingen en de beloften die daarbij hoorden. U leefde zonder hoop en zonder God in deze wereld. Maar nu bent u, die eens ver weg was, in Christus Jezus dichtbij gekomen, door zijn bloed. Want Hij is onze vrede: Hij heeft met zijn dood Joden en niet-Joden verenigd, de muur van vijandschap, die hen scheidde, afgebroken en de wet met zijn geboden en voorschriften buiten werking gesteld, om uit die twee in zichzelf één nieuwe mens te scheppen. Zo bracht Hij vrede en verzoende Hij door het kruis beiden in één lichaam met God, door in zijn lichaam de vijandschap te doden. Vrede kwam Hij verkondigen aan u die ver weg was en vrede aan hen die dichtbij waren: dankzij Hem hebben wij allen door één Geest toegang tot de Vader. (Efeze 2:11-18, NBV21)

Vroeger waren de heidenen geen kinderen van de beloften en geen kinderen van God. Maar toen kwam Jezus. Door Zijn offer heeft Jezus de heidenen dichtbij gebracht. Door het offer mogen de heidenen ook delen in de beloften van God, waaronder de belofte van genezing. Wij waren verloren en uitgesloten van het burgerschap van Israël, maar door het offer heeft Jezus ons verzoend. Dankzij Jezus mogen wij God onze Vader noemen. Zowel heiden als Jood zijn kinderen van God.

Maar Jezus zei tegen haar: Laat eerst de kinderen verzadigd worden, want het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. (Markus 7:27)

Jezus zei dat eerst de kinderen verzadigd moesten worden met het brood, en pas daarna de honden. Wanneer je in Jezus gelooft, heb je recht op het brood van de kinderen. Jij mag dus deelnemen aan de tafel van God en je mag het brood van genezing eten. God wil je het graag geven.

Als je kinderen hebt, dan weet je hoe het er soms aan tafel toe gaat. Je wilt heel graag dat je kinderen brood eten, maar soms hebben kinderen geen zin om te eten. Je probeert alles om ervoor te zorgen dat jouw kind een stukje brood eet. Dit is namelijk erg belangrijk. God is onze Vader, en God wil heel graag zien dat jij het brood van genezing opeet en tot je neemt. God wil graag dat je de juiste openbaringen ontvangt, zodat je het brood kan opeten en daardoor genezen wordt. God wil genezing niet van ons afhouden, Hij wil het ons geven. Zoals jij wilt dat jouw kind brood eet, wil God dat jij Zijn ‘genezingsbrood’ eet.

2. Boord eet je elke dag. Daarnaast sprak Jezus over brood. Jezus sprak niet over biefstuk, kreeft, zalm, kaviaar of duur eten wat je misschien maar één keer per jaar kunt eten tijdens de Kerstdagen. Jezus sprak over iets wat door de meeste mensen dagelijks wordt gegeten. Brood is een levensbehoefte. Dit geldt ook voor genezing. Jezus zag genezing als levensbehoefte en als iets wat Hij dagelijks wil geven. Jezus beschouwt genezing niet als een eenmalige zegening of iets wat maar een paar mensen kunnen ontvangen. Genezing is voor al Zijn kinderen, elke dag van het jaar. Zoals wij dagelijks brood eten, mogen wij ook dagelijks proeven van de genezing en gezondheid van Jezus.

3. In dit verhaal lezen wij dat de vrouw eerst kwam met haar nood.

Heere, Zoon van David, ontferm U over mij! Mijn dochter is ernstig door een demon bezeten. Maar Hij antwoordde haar met geen woord. (…) Maar zij kwam dichterbij, knielde voor Hem neer en zei: Heere, help mij! Hij antwoordde echter en zei: Het is niet behoorlijk het brood van de kinderen te nemen en naar de hondjes te werpen. (Mattheüs 15:22-26)

De vrouw kwam met haar nood, maar Jezus reageerde hier niet op. Sterker nog, Jezus reageerde juist negatief. In plaats van deze vrouw te helpen, vroeg Jezus of zij weg kon gaan. Nood lost niet het probleem op en nood brengt niet het wonder tot stand. Maar wat bracht wel het wonder tot stand?

Zij zei: Ja, Heere, maar de hondjes eten ook van de kruimels die er vallen van de tafel van hun bezitter. Toen antwoordde Jezus en zei tegen haar: O vrouw, groot is uw geloof; het zal gebeuren zoals u wilt. En haar dochter was vanaf dat moment gezond. (Mattheüs 15:27-28)

Geloof bracht haar wonder tot stand. De vrouw stapte uit haar nood, en wandelde in geloof. Toen Jezus haar geloof zag, kon Jezus in actie komen. De dochter van deze vrouw werd genezen.

4. Natuurlijk mogen wij ons hart luchten bij God en mogen wij huilen voor Zijn aangezicht. Maar het is belangrijk om te weten dat God met geloof werkt. Geloof brengt het wonder tot stand. Dus nadat wij ons hart hebben gelucht bij God, mogen wij wandelen in geloof. Wij mogen zeggen: ‘Heer, ik vind die ziekte verschrikkelijk, het doet mij pijn en geeft mij verdriet. (…) Maar ik vertrouw op U, U bent Mijn geneesheer, U zal voorzien in alles wat ik nodig heb, Jezus Zijn striemen brachten mijn genezing, en U zorgt voor mij.’

5. Wanneer wij de Psalmen bestuderen, dan zien wij dat dit regelmatig gebeurde. Iemand stortte Zijn hart uit voor Gods aangezicht en vervolgens sprak hij met geloof. Iemand begon met het beschrijven hoe ellendig het is, maar sluit af met zijn hoop, geloof en vertrouwen op God, die altijd zal redden. Probeer dus om je nood te veranderen in geloof. Richt je niet op de nood en het probleem, maar richt je op de oplossing die staat beschreven in het Woord van God.

6. Eén kruimel is genoeg voor genezing. Is het je opgevallen dat deze vrouw vroeg om broodkruimels? Deze vrouw wist dat een kleine hoeveelheid van Jezus Zijn kracht en autoriteit voldoende waren om haar grote nood op te lossen. Wanneer we naar ons eigen probleem kijken, kunnen we denken: ‘Zo, dit is heftig. Dokters kunnen dit niet oplossen, psychologen kunnen het niet, er is niemand die mij kan helpen. Misschien kan Jezus mij helpen, maar het zal Hem veel moeite, kracht, energie en tijd kosten om mij te genezen.’ Dit is niet waar. Voor God is niets te moeilijks en niets is te groot. In zeven dagen heeft God de hemel en aarde geschapen. Zou God dan niet binnen 1 seconde jouw problemen en zorgen kunnen oplossen? Wij dienen een grote God met grote wonderen. Maar zelfs de grootste wonderen van de wereld, dat de wereld versteld doet staan, kosten God niet veel tijd en energie. De grootste wonderen van de wereld kun je in Gods ogen vergelijken met één broodkruimel van Zijn macht en autoriteit. Eén broodkruimel is genoeg. Het is belangrijk om altijd jouw probleem te zien vanuit de ogen van God. Wanneer jij jouw probleem ziet vanuit Zijn ogen, is het een klein probleempje. Wanneer jij jouw probleem ziet vanuit je natuurlijke ogen, kan dit een enorme berg lijken.

Samenvatting

In dit hoofdstuk zagen wij de reactie van religieuze leiders op de genezingen van Jezus op de sabbat. De leiders waren niet blij dat Jezus mensen genas en wilden Hem zelfs vermoorden. Helaas komen dit soort reacties nog steeds voor, waar mensen genezingen van de duivel zien en ziekte als Gods wil beschouwen. Dit klopt niet, want de duivel wil niet zegenen en God wil niet ziek maken.

Wij zagen dat de farizeeën en leiders zich te veel richtten op hun eigen tradities en regels, in plaats van zich te houden aan de geboden van God. Jezus overtrad niet de sabbat, maar ‘overtrad’ alleen de door mensen gemaakte regels. Het is belangrijk om het Woord van God boven menselijke tradities te stellen.

In de verschillende genezingsverhalen zagen we hoe de religieuze leiders kritiek hadden op Jezus Zijn acties op de sabbat. Ze vonden het niet gepast om op die dag te genezen. Maar Jezus zag genezing als iets belangrijks en genas mensen, ongeacht de dag. Hij liet zien dat de sabbat niet alleen ging over geestelijke verlossing, maar ook over lichamelijke verlossing. God is geïnteresseerd in ons totale welzijn, zowel geestelijk als lichamelijk.

Daarnaast zagen wij dat genezing goed is en dat dit God verheerlijkt. Genezing is een werk van God en het verheerlijkt Hem wanneer mensen genezen worden en dankbaarheid uiten. Het is Gods verlangen dat al zijn kinderen gezond zijn en van het goede genieten. Jezus vond genezing zelfs zo belangrijk, dat Hij sprak over ‘een mens behouden’.

Wij lazen ook over een Griekse vrouw die smeekte om de genezing van haar dochter. In eerste instantie leek Jezus haar af te wijzen, maar door haar geloof besloot Jezus uiteindelijk haar dochter te genezen. Dit benadrukt het belang van geloof in het ontvangen van genezing.


Lees ook: